Het verhaal van Maria Magdalena

Maria Magdalena was een vrouw uit de stad Magdala in Galilea, die meerdere malen wordt genoemd in het Nieuwe Testament van de Bijbel. Ze staat bekend als een nauwe volgeling van Jezus en was aanwezig bij zijn kruisiging, dood en opstanding. Volgens het Nieuwe Testament was Maria Magdalena bezeten door zeven demonen voordat ze Jezus ontmoette, maar hij dreef de demonen uit haar en ze werd een toegewijde volgeling van hem. Ze wordt genoemd als een van de vrouwen die met Jezus en zijn discipelen reisden en die hun bediening financieel ondersteunden. Maria Magdalena was ook aanwezig bij Jezus' kruisiging en was een van de eerste personen die ontdekte dat zijn graf leeg was op de ochtend van de opstanding. Ze wordt genoemd in het Evangelie van Johannes als de eerste persoon die Jezus zag na zijn opstanding, en ze wordt vaak de "Apostel van de Apostelen" genoemd omdat ze de eerste persoon was die het nieuws van Jezus' opstanding aan zijn discipelen verkondigde. In de loop der eeuwen is Maria Magdalena het onderwerp geweest van veel speculatie en legende. Sommigen hebben haar afgeschilderd als een berouwvolle prostituee, terwijl anderen hebben gesuggereerd dat ze een nauwe metgezel van Jezus was of zelfs zijn vrouw. Er is echter geen bijbels bewijs om deze beweringen te ondersteunen, en de meeste geleerden geloven dat Maria Magdalena eenvoudigweg een toegewijde volgeling van Jezus was die een belangrijke rol speelde in de vroege christelijke beweging.
Betekenis van de naam
Maria Magdalena: "Maria van Magdala"
Oorsprong van de naam
Grieks
Eerste vermelding
Matthew 27:56
Verschijningen in de Bijbel
11 vermeldingen
In het Hebreeuws
מרי מגדלנה