Het verhaal van Delaiah.

Delaiah was een bijbelse figuur die leefde tijdens de Babylonische ballingschap. Hij was de zoon van Mehetabel, de dochter van Matred, en de kleinzoon van Elpaal. Hij was de broer van Shelemiah en de vader van Shemariah. Delaiah is vooral bekend vanwege het feit dat hij, samen met twee metgezellen, door koning Zedekia van Juda naar de profeet Jeremia werd gestuurd om de Heer te raadplegen over de uitkomst van de Babylonische belegering van Jeruzalem. Delaiah en zijn metgezellen werden naar Jeremia gestuurd om te vragen of de Heer hen genade zou schenken en hen zou redden van de Babyloniërs. Jeremia's antwoord was dat de Heer hen niet zou redden, maar dat ze zich moesten overgeven aan de Babyloniërs. Delaiah wordt ook genoemd in het boek Nehemia, waar hij wordt vermeld als een van de leiders van het volk dat terugkeerde naar Jeruzalem na de Babylonische ballingschap. Hij wordt ook genoemd in het boek Ezra, waar hij wordt genoemd als een van de leiders van het volk dat vanuit Babylon terugkeerde naar Jeruzalem. Delaiah wordt herinnerd om zijn rol in de Babylonische ballingschap en voor zijn rol bij de terugkeer van het volk van Juda naar Jeruzalem. Hij wordt ook herinnerd om zijn trouw aan de Heer en zijn bereidheid om de leiding van de Heer te zoeken in moeilijke tijden.
Betekenis van de naam
"Yahweh heeft getrokken" of "God heeft bevrijd."
Oorsprong van de naam
Hebreeuws.
Role
gouverneur
Eerste vermelding
1 Chronicles 24:18
Verschijningen in de Bijbel
6 vermeldingen
In het Hebreeuws
דלאיה